Door Peter Borger, MSc, PhD1
Peter Borger (MSc Biologie, PhD Medische Wetenschappen) werkte van 1993 tot 2019 voor verschillende
onderzoeksinstituten, waaronder de Rijksuniversiteit Groningen (Nederland), de Universiteit van Sydney
(Australië) en de universiteiten van Basel en Zurich (Zwitserland). Peter Borger is een expert op het gebied van
moleculaire genetica, genregulatie-netwerken en moleculaire evolutie.
Verschillende soorten vaccins
Als u een vaccin nodig heeft, is het belangrijk te weten wat de verschillende soorten zijn, hoe ze werken en wat de mogelijke gevaren (als die er zijn) zijn.
Op basis van hun biochemische/immunogene eigenschappen zijn er in principe drie verschillende soorten
vaccins:
1) vaccins op basis van DNA (ook wel: vectorvaccins),
2) vaccins op basis van RNA (ook wel: mRNA-vaccins),
3) vaccins op basis van eiwitten.
Op korte termijn (2020-2021) zijn meer dan een dozijn verschillende vaccins ontwikkeld, die alle in deze drie categorieën vallen.
De belangrijkste:
Vaccins op basis van DNA:
–Janssen/Johnson & Johnson (USA)
-Janssen/Johnson & Johnson (USA): Ad26.COV2.S
–Astra-Zeneca (Vaxzevria), ook als Oxford-Astra-Zeneca of ChAdOx1 nCoV-19 bekend;
-Sputnik V, ook:Gam-COVID-Vac (Rusland). Nog niet in de EU / CH toegelaten met uitzondering van Hongarije.
Vaccins op basis van RNA:
–Moderna (USA)
–Pfizer-Biontech (USA-Duitsland)
– CureVac, ook bekend als CVnCoV (Duitsland)
Vaccins op eiwitbasis:
-Sinovac, ook bekend als Coronavac (China). CoronaVac baseert net als vele conventionele vaccins op een geïnactiveerd virus, in dit geval op een geïnactiveerd SAS-CoV-2 virus (Wuhan virus).
-Sinopharm (China). Baseert eveneens op een geïnactiveerd SARS-CoV-2 virus.
-Novavax, ook: NVX-CoV2373 (USA). Baseert op een in het lab gemaakt SARS-CoV2 Spike proteïne (= eiwit).
-Sanofi, ook: idprevtyn genaamd (Frankrijk, UK). Baseert eveneens op een in het lab gemaakt SARS-CoV2 Spike
eiwit.
-Valneva, ook: VLA2001 (österreichisch-französisch). Baseert op een geïnactiveerd SARSCoV-2 virus.
Er zijn verschillende bestanddelen van vaccins die moeten worden onderzocht voordat zij aan mensen worden toegediend.
1. het omhulsel waarin de immunogene verbinding (DNA, RNA, eiwit) is verpakt.
Voor DNA-vaccins bestaat het omhulsel gewoonlijk uit een adenovirus.
RNA-vaccins worden verpakt in een kunstmatig liposoom (een vetachtig membraan).
Vaccins op basis van eiwitten hoeven daarentegen niet te worden verpakt.
2. de immunogene verbinding zelf (DNA, RNA, eiwit); moet worden gescreend op mogelijke bijwerkingen.
3. de extra bestanddelen (adjuvantia) toegevoegd om de immuunrespons te versterken,
Er zijn verschillende studies verricht naar de accumulatie van omhulsels van vaccinverpakkingen in diermodellen, waarbij accumulatie ervan in het beenmerg en de eierstokken is aangetoond .
https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S0168365912000892
Uit een recente Japanse studie is gebleken dat het mRNA-vaccin van Pfizer-Biontech zich ook in de eierstokken ophoopt. We weten niet waarom dit gebeurt en of het een biologische betekenis heeft, aangezien het nog niet voldoende is onderzocht. We weten alleen dat het gebeurt.
Zijn DNA- en RNA-vaccins gentherapie?
In de sociale media wordt vaak geschreven dat DNA- en RNA-vaccins gentherapieën zijn. In zekere zin is dat waar. Maar er moet hier een duidelijk onderscheid worden aangebracht tussen DNA- en RNA vaccins.
DNA-vaccins op basis van adenovirussen werden oorspronkelijk ontwikkeld als gentherapieën voor de behandeling van kanker. Dit onderzoek werd grotendeels stopgezet omdat de adenovirussen niet vaak genoeg integreren met het DNA (Bij de behandeling van kanker is dat het doel van DNA-vaccinatie).
Uit onderzoek blijkt echter dat adenovirusvectoren in het DNA van 1 op 1000 cellen worden geïntegreerd.
Er bestaat dus een zeker risico dat een DNA-vectorvaccin in het genoom wordt geïntegreerd.
Er is dit gebied momenteel geen informatie beschikbaar over de DNA vaccins die tegen Covid zijn ontwikkeld. Maar je mag niet zeggen of aannemen dat het niet zal gebeuren omdat het niet is onderzocht. Het zou juist wel moeten worden onderzocht.
RNA vaccins werden niet ontwikkeld als gen-therapie, maar is een nieuwe methode om supersnel vaccins te kunnen maken.
De vraag is echter:
Bestaat er ook een risico dat een RNA-vaccin wordt geïntegreerd in het menselijk genoom/DNA? Weinig mensen weten dat er in het menselijk genoom enkele duizenden genen zijn die coderen voor het enzym reverse transcriptase, een enzym dat RNA kan omzetten in DNA.
Om dit te begrijpen, moeten we het menselijk genoom van dichtbij bekijken. Ongeveer 50% van het menselijk genoom bestaat uit sequenties die transponeerbare en getransponeerde elementen worden genoemd. De belangrijkste daarvan zijn de zogenaamde LINE’s en momenteel hebben we nog vrijwel geen idee wat deze genetische elementen in ons genoom doen.
Het lijken voornamelijk (epi-)genetische schakelelementen te zijn die de expressie van genetische programma’s controleren, d.w.z. hoe genen aan en uit worden gezet.
Er zijn duizenden van deze LINE elementen in ons genoom. Het is van belang om te weten dat elk van deze elementen codeert voor twee enzymen: reverse transcriptase (afgekort RT) en de endonuclease integrase (afgekort INT). Het bijzondere van het RT-enzym is dat het een RNA-molecule kan omzetten in een DNA-molecule, terwijl het INT-enzym deze nieuw gevormde DNA-molecule in het DNA kan doen integreren. Dit betekent dus dat er in principe biochemische mechanismen aanwezig zijn die RNA-segmenten omzetten in DNA en deze kunnen laten integreren in het bestaande genetische materiaal.
Hierdoor kunnen genetische veranderingen in het genoom (DNA) optreden. Het eigen onderzoek van Peter Borger toonde aan dat deze LINE’s in hoge mate worden aangetroffen in met sigarettenrook gestreste longcellen.
Ook is de activiteit van LINE1 verhoogd in de vrouwelijke voortplantingscellen, precies in de cellen waar de liposomen met RNA zich ophopen (zps://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/24882376/)
Of dit alles een biologische betekenis heeft is volstrekt onbekend omdat het niet werd bestudeerd en er dus ook geen onderzoek data beschikbaar zijn.
Wat doen als er een vaccinatieplicht komt?
Gezien hun niet te verwaarlozen vermogen om in het DNA te integreren, kan niet worden uitgesloten dat DNA-vaccins op lange termijn bijwerkingen hebben. Dit komt omdat toevallige integraties genen en genetische regulatie kunnen verstoren.
Let wel:
De DNA vectoren die coderen voor het spike-eiwit van het SARS-CoV-2-virus komen eerst in de celkern terecht, omdat daar de RNA-synthese plaatsvindt die nodig is voor de productie van het S-eiwit. DNA-vectoren bevinden zich dus in de celkern (waar ook ons DNA zich bevindt) en er is volop gelegenheid om een DNA -vaccin via recombinatieprocessen ergens in uw DNA te laten integreren. Peter Borger heeft geen literatuur gevonden over de vraag of dit ook werkelijk gebeurt met de DNA-vaccins die men momenteel heeft toegelaten (zie boven). Het is niet bekend, aangezien men deze effecten niet in 6 maanden kan onderzoeken en vaststellen.
Men kan immers niet in korte tijd een diagnose stellen van bijwerkingen op lange termijn. De enige manier om DNA-integratie uit te sluiten is middels whole genome sequencing (WGS). Tot dusverre zijn zulke WGS niet uitgevoerd om vaccin integraties uit te sluiten.
Hetzelfde zou kunnen gelden voor RNA-vaccins. Wij weten niet of zij in het genoom van menselijke cellen kunnen integreren door de activiteit van RT en INT. Aangezien deze integratie zeer specifieke enzymen en cellulaire eigenschappen vereist, vermoed Peter Borger dat RNA-vaccins niet of bijna niet in het genoom kunnen binnendringen. Maar het is niet 100% uitgesloten. In een brief aan de EMA (EU-autoriteit) en Swissmedic (CH-autoriteit) heeft Peter Borger gevraagd of zij studies kenden die dergelijke integraties uitsluiten. Tot op heden heeft hij nog geen antwoord op deze vraag gekregen.
Let wel: Als alle benodigde biologische factoren samenkomen, zoals dat in de eicellen wellicht gebeurt, dan zou ook een RNA-vaccin in het DNA kunnen worden gezet. Ook hier ontbreken alle wetenschappelijke studies die dat zouden kunnen aantonen, dan wel uitsluiten.
Als verplichte vaccinatie dreigt of de sociale druk te groot wordt, raad Peter Borger de vaccins op basis van eiwitten aan, omdat die zeker niet in het genoom integreren.
Deze vaccins zijn nu in behandeling bij de Europese regelgevende instanties (EMA, Swissmedic) en het kan niet lang meer duren voordat een besluit wordt genomen. En niets spreekt zich uit tegen een goedkeuring, die naar verwachting in het 4e kwartaal van 2021 zal plaatsvinden.
——————————
1
Peter Borger (MSc Biologie, PhD Medische Wetenschappen) werkte van 1993 tot 2019 voor verschillende
onderzoeksinstituten, waaronder de Rijksuniversiteit Groningen (Nederland), de Universiteit van Sydney
(Australië) en de universiteiten van Basel en Zurich (Zwitserland). PB is een expert op het gebied van
moleculaire genetica, genregulatie-netwerken en moleculaire evolutie.